Uitspraken Tuchtraad 2024

2024-003 De klacht gaat over de behandeling van een letselschadeclaim

Door een belanghebbende ingediende klacht.
Gedeeltelijk gegrond bevonden klacht.

Klaagster is van mening dat aangeslotene bij de behandeling van haar letselschadeclaim in strijd heeft gehandeld met de Gedragscode Verzekeraars en met de (Medische Paragraaf van de) GBL. Volgens klaagster is sprake van vooringenomenheid, heeft aangeslotene niet zorg gedragen voor een voortvarende en zorgvuldige afhandeling, heeft zij ten onrechte gevraagd om een integraal uittreksel uit het huisartsenjournaal en weigert zij de buitengerechtelijke kosten te betalen. Tot slot is volgens klaagster sprake van belangenverstrengeling. De Tuchtraad is van oordeel dat de klacht over de vertraging in de behandeling van de claim gegrond is. Aangeslotene heeft ook erkend dat zij voortvarender had moeten handelen. De overige klachten zijn ongegrond. De Tuchtraad ziet geen aanleiding tot het opleggen van een maatregel.

2024-002 De klacht gaat over het handelen van de rechtsbijstandsverzekeraar van de wederpartij van klager

Door een belanghebbende ingediende klacht.
Ongegrond bevonden klacht.

De klacht gaat over de uitvoering van de rechtsbijstand door de rechtsbijstandsverzekeraar van de wederpartij van klager. Met verwijzing naar zijn eerdere uitspraak oordeelt de Tuchtraad dat de rechtsbijstandsverlener zich jegens de wederpartij dient te onthouden van onbehoorlijke gedragingen. De Tuchtraad is van oordeel dat de rechtsbijstandsverlener zich niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gedragen.

2024-001 De klacht gaat over het niet vergoeden van buitengerechtelijke kosten door aangeslotene

Door een belanghebbende ingediende klacht.
Ongegrond bevonden klacht.

Klager staat als belangenbehartiger cliënten bij in letselschadedossiers. Hij klaagt over het niet vergoeden van buitengerechtelijke kosten door aangeslotene. De Tuchtraad oordeelt dat een verzekeraar bij een verzoek om vergoeding van de buitengerechtelijke kosten mag beoordelen of is voldaan aan de dubbele redelijkheidstoets van artikel 6:96 BW. Daarbij heeft een verzekeraar ook de ruimte om te beoordelen of de rechtsbijstand waarvoor een vergoeding wordt gevraagd deskundig is. De Tuchtraad kan de afweging die de verzekeraar hierin heeft gemaakt slechts marginaal toetsen. De Tuchtraad is, gelet op de argumenten die aangeslotene heeft aangevoerd en die door klager niet zijn weersproken, van oordeel dat aangeslotene onder de gegeven omstandigheden in redelijkheid het standpunt heeft mogen innemen dat niet is voldaan aan de dubbele redelijkheidstoets. De klacht is daarom ongegrond.

To top